Een ongeluk zit in een klein hoekje. Dat is een waarheid als een koe, zeker voor de kleinsten onder ons. Hoe kunnen we ongelukken – of erger – voor hen voorkomen?
Je moet er niet aan denken dat er in het verkeer iets met je zoontje of dochtertje gebeurt. Dat is de nachtmerrie voor iedere ouder. Of je nu in de auto zit of juist op moet passen voor passerende gemotoriseerde voertuigen terwijl je loopt of fietst, er kan werkelijk van alles gebeuren. Dat is natuurlijk logisch, maar dergelijke gevaren kunnen we maar niet genoeg benadrukken. Een gewaarschuwd mens telt immers voor twee. En als die tweede je kind is, kun je niet genoeg op de gevaren van het verkeer gewezen worden!
Waarschijnlijk breng je je kroost zelf al de nodige kennis, ervaring en wijsheid mee die hen moet behoeden voor ongelukken in het verkeer. Om zeker te weten dat je aan alles hebt gedacht, hebben we hier nog enkele tips en aandachtspunten voor je opgesomd.
Leren van de beste
Lopen gaat met vallen en opstaan en dat leren je kinderen hopelijk op een veilige plek in of rond het huis. Langzaam maar zeker laat je hun handje los wanneer je zeker weet dat dat kan en zetten ze hun eerste zelfstandige stapjes. Prachtige momenten zijn dat, om vast te leggen en te koesteren!
Ze nemen echter een andere wending wanneer je kleintjes voor het eerst met je mee over straat wandelen. Houd ze altijd dichtbij je en breng ze van begin af aan mee dat ze altijd naar je moeten luisteren – kinderen kunnen immers weerbarstig zijn.
Zodra ze wat ouder worden en in staat zijn om basisbeginselen te begrijpen, kun je hen de belangrijkste verkeersregels inprenten. De belangrijkste is natuurlijk: kijk altijd om je heen voordat je iets doet! Niet iedereen houdt zich immers aan de reglementen.
Veiligheid
Leer ze fietsen en ze verleren het nooit meer. Aanvankelijk nog met zijwieltjes, die comfort, steun en zelfvertrouwen bieden. Maar na verloop van tijd mogen ze eraf en moeten ze op eigen benen sta- op eigen wielen rijden, zullen we maar zeggen.
Zeker de eerste keren dat ze naar school – en weer terug naar huis – fietsen en lopen, houd je ze scherp in het oog. Want begrijpen ze de regel in de theorie, de aandacht van een kind is heel snel afgeleid. Vertel ze daarom nadrukkelijk waar ze wel en niet mogen rijden en hoe ze scherp op hun omgeving moeten letten. Wil je echt de kansen op letsel verkleinen en de kinderen een gevoel van veiligheid geven, laat ze dan een helm dragen. Eventueel ook elleboog- en kniebeschermers.
De auto daarentegen hoort een veilige plek te zijn. Op de achterbank, met papa en mama voor zich, kan de kleine dreumes zijn of haar ogen uitkijken door de autoruiten. Maar is die koter nog niet groot genoeg om de gordels strak over het lichaam te spannen? Dan is een autostoel de oplossing. Zorg er wel voor dat je die in de groei koopt, zodat je er extra lang wat aan hebt.